Tweede Kamer der Staten-Generaal
26 485 | Maatschappelijk verantwoord ondernemen |
||||
Nr. 24
1 Samenstelling: Leden: Crone (PvdA), Hofstra (VVD), voorzitter, Schreijer-Pierik (CDA), ondervoorzitter, Atsma (CDA), Timmermans (PvdA), Vendrik (GroenLinks), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), Slob (ChristenUnie), Van den Brink (LPF), Duyvendak (GroenLinks), Kortenhorst (CDA), Hessels (CDA), Gerkens (SP), Van Velzen (SP), Varela (LPF), Algra (CDA), Van Fessem (CDA), Aptroot (VVD), Blom (PvdA), Smeets (PvdA), Douma (PvdA), De Krom (VVD), Van der Laan (D66), Heemskerk (PvdA), Van Dam (PvdA) en Dezentjé Hamming (VVD). Plv. leden: Tichelaar (PvdA), Örgü (VVD), De Nerée tot Babberich (CDA), Van Hijum (CDA), Koenders (PvdA), Vos (GroenLinks), Weekers (VVD), Jan de Vries (CDA), Van der Vlies (SGP), Hermans (LPF), Van den Brand (GroenLinks), Verburg (CDA), Van Vroonhoven-Kok (CDA), Lazrak (SP), De Ruiter (SP), Eerdmans (LPF), De Haan (CDA), Van Dijk (CDA), De Grave (VVD), Samsom (PvdA), Van Dijken (PvdA), Van Heteren (PvdA), Snijder-Hazelhoff (VVD), Giskes (D66), Tjon-A-Ten (PvdA), Waalkens (PvdA) en Szabó (VVD). |
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG Vastgesteld 10 februari 2004 De vaste commissie voor Economische Zaken1 heeft op 22 januari 2004 overleg gevoerd met staatssecretaris Van Gennip van Economische Zaken over:
Vragen en opmerkingen uit de commissie
De heer Algra (CDA) constateert dat maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) minder prioriteit lijkt te krijgen nu het economisch minder gaat. Zo blijkt onder meer uit een rapport van Berenschot uit december 2003 dat er nauwelijks méér aan MVO wordt gedaan. Misschien moet een code voor MVO worden ontwikkeld, maar de maatschappelijke verantwoordelijkheid moet blijken uit het gedrag van bedrijven. De overheid heeft hierbij een belangrijke rol. De voorstellen van de staatssecretaris in dit verband moeten daadkrachtiger worden. In de motie-Verburg c.s. (26 485, nr. 12) wordt gevraagd om een maatschappelijk verantwoord inkoopbeleid van de overheid. In het zevenpuntenplan van de voorganger van de staatssecretaris staat dat hiervoor medio 2003 een opzet gereed zou zijn. In 2005 moeten alle overheidsdiensten een maatschappelijk verantwoord inkoopbeleid hanteren. Wat is de stand van zaken? De heer Algra wil geen nieuwe verplichtingen voor de overheid, maar wel stimulerende voorbeelden. Kan de overheid in haar jaarverslagen rapporteren over resultaten van MVO-inzet? Hij is ontevreden over de terughoudendheid om ook op Europees niveau afspraken te maken over MVO-beleid. Tijdens de MVO-conferentie die onder het Nederlandse EU-voorzitterschap plaatsvindt, moet worden afgesproken dat de EU en de lidstaten MVO-principes hanteren in het inkoopbeleid.
De heer De Krom (VVD) vraagt de staatssecretaris haar visie op MVO te geven, aangezien de Kamer vandaag voor het eerst met haar spreekt over dat onderwerp. Kan zij vooral aandacht besteden aan de rol van de overheid daarbij? Tijdens het vorige overleg heeft de heer De Krom zijn bezwaren tegen het voorgenomen kenniscentrum MVO naar voren gebracht, maar daarmee lijkt niets te worden gedaan. Dat is teleurstellend. Wat is de toegevoegde waarde van zo'n centrum, naast de overheidsorganisaties en particuliere organisaties die al actief zijn op dat vlak? Het NIDO heeft inmiddels een naam opgebouwd met het opzetten van duurzame-ondernemingsprojecten. Het ligt daarom voor de hand dat de activiteiten die het kenniscentrum moet uitvoeren, bij het NIDO worden ondergebracht. Het NIDO is meegedeeld dat er geen subsidie meer voor beschikbaar is, terwijl voor het kenniscentrum de komende vier jaar 4,9 mln euro beschikbaar is. Door het kenniscentrum bij het NIDO onder te brengen, worden dan ook in één keer twee voordelen behaald. In de brief van het NIDO aan zowel de staatssecretaris als haar collega Van Geel d.d. 10 oktober 2003 worden de argumenten en het financieringsplan uiteengezet. Wordt het voorstel uitgevoerd, dan moet met het NIDO worden afgesproken dat een duidelijk werkprogramma en prestatie-indicatoren worden opgesteld en dat de subsidie langzamerhand wordt afgebouwd. Waarom wordt niet gesproken over «duurzaam ondernemen» in plaats van over MVO? Dat is verwarrend. De heer Douma (PvdA) spreekt mede namens de fractie van GroenLinks. Aan de hand van een krantenartikel constateert hij dat MVO het eerste punt is dat van de agenda verdwijnt als het economisch tegenzit. In haar brief van 19 januari jl. schrijft de staatssecretaris dat de overheid een aantal stimulerende taken heeft. Welke instrumenten worden hierbij gehanteerd, zonder dat allerlei nieuwe regels worden opgesteld? De heer Douma stelt voor dat zij een vergelijkbare commissie als de commissie-Tabaksblat instelt, waarin ondernemingen die momenteel het meest aan MVO doen, samen met ngo's een gedragscode opstellen. Die code moet dan worden verankerd in de wet die werkt volgens het principe van «inschikken of verklaren». Op die manier wordt niet alleen de overheidsverantwoordelijkheid waargemaakt, maar wordt het bedrijfsleven ook de gelegenheid gegeven om zelf de inhoud van de code te bepalen. Ondernemingen die deel uitmaken van handelsmissies moeten tevoren worden ingelicht over de risico's voor MVO. Het is verheugend dat momenteel vaart wordt gemaakt met de oprichting van het kenniscentrum MVO. In de brief van 19 januari meldt de staatssecretaris dat zij met de Consumentenbond in gesprek is over een MVO-index. Dat is van belang, omdat het inzicht in wat bedrijven doen op dit terrein moet worden vergroot. Consumenten vormen immers uiteindelijk de doorslaggevende factor voor het slagen van MVO. Wordt het inzicht in de MVO-aspecten van producten momenteel snel genoeg vergroot? Het is goed dat de staatssecretaris aandacht besteedt aan de rol van pensioenfondsen. In de stukken die bij de code-Tabaksblat horen, wordt gesteld dat institutionele beleggers een verantwoordingsplicht hebben over hun stemgedrag in aandeelhoudersvergaderingen. Dit voorstel moet nog wettelijk worden ingevuld. Kan MVO daarbij worden betrokken? Recentelijk heeft de staatssecretaris de Kamer een stuk gestuurd over professioneel inkopen en aanbesteden door de overheid. In de begeleidende brief wordt gesteld dat het onderwerp «duurzaam inkopen» daarin wordt behandeld. Dat gebeurt echter niet. Wordt de motie-Verburg c.s. wel uitgevoerd?
Mevrouw Van der Laan (D66) vindt dat de visie van de staatssecretaris op MVO grotendeels overeenstemt met die van haar fractie op dit onderwerp. De bewindsvrouw stelt namelijk dat MVO geen hype is en dat de overheid een rol heeft bij het stimuleren en faciliteren ervan. De verantwoordelijkheid voor MVO ligt echter bij de individuele onderneming. De staatssecretaris geeft aan het initiatief te hebben genomen tot een afstemmingsoverleg over de transparantie van de verschillende departementen inzake MVO. Wat houdt dit precies in? Het is jammer dat negatief wordt gereageerd op het voorstel voor een duurzaamheidsindex bij Euronext. De staatssecretaris wil echter nagaan of in de markt behoefte is aan zo'n index. Bovendien zal met Euronext worden gesproken over bewustwording bij ondernemers en beleggers. Wat verstaat de staatssecretaris onder «de markt»? Hoe gaat het onderzoek er uitzien? Op welke termijn kan het rapport daarvan worden verwacht? Zijn er nog andere afspraken gemaakt met Euronext? Het argument dat nergens anders een duurzaamheidsindex wordt gehanteerd, is juist een reden om er wel een te ontwikkelen. Op die manier kan Euronext er bovendien uitspringen. De staatssecretaris onderneemt een aantal acties om het contact te stimuleren tussen zogenaamde stakeholders, oftewel belanghebbenden bij een onderneming. Zij wil onder meer in Nederland een multistakeholdersoverleg tot stand brengen, dat al bestaat op Europees niveau. Is dat niet dubbelop? Wat zijn de doelstellingen van zo'n conferentie? Het antwoord van de staatssecretaris
De staatssecretaris denkt dat de verschillende belangen van een bedrijf in evenwicht moeten zijn om de continuïteit en winstgevendheid ervan mogelijk te maken. Zo zou een bedrijf meer langetermijninvesteerders aantrekken als het goed voor belanghebbenden zorgt, en daardoor beter presteren. De bewindsvrouw weet overigens niet of dit theoretisch te bewijzen is. Bedrijven nemen de verantwoordelijkheid voor MVO vanuit een moreel leiderschap en vanwege druk door consumenten en investeerders. Juist bij internationaal ondernemen moeten bedrijven goed in de gaten houden of zij maatschappelijk verantwoord werken; ze weten namelijk niet altijd wat in een ander land gebeurt en hoe toeleveranciers zich gedragen. De richtlijnen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) bieden ondernemers een houvast en daarom zijn zij er verheugd over. MVO is maatwerk. De primaire verantwoordelijkheid ervoor ligt bij het bedrijf zelf. Een bedrijf doet meer aan MVO als het zelf het initiatief neemt, dan als de overheid het verplicht. De staatssecretaris wijst er evenwel op dat er geen sprake is van vrijblijvendheid; daarom zorgt de overheid voor randvoorwaarden, namelijk door te stimuleren, kennis over te dragen en de ontwikkelingen te volgen. Voordat de staatssecretaris eventueel een gedragscode laat ontwikkelen volgens het principe van «toepassen of uitleggen», wil zij het bedrijfsleven tot en met 2006 de kans geven om ervaring op te doen met de relevante richtlijnen en initiatieven. Volgens de prestatie-indicator uit de EZ-begroting wordt vanaf 2005 bijgehouden hoeveel bedrijven een maatschappelijk jaarverslag schrijven conform Richtlijn 400. Ook op andere manieren zullen de MVO-ontwikkelingen binnen het bedrijfsleven worden gevolgd. In het voorjaar worden de Kamer nieuwe cijfers gestuurd op grond van de huidige VBTB-indicator. De voorzitter merkt op dat de Kamer binnen veertien dagen een brief over het NIDO wordt gestuurd. In de zomer ontvangt zij een plan over de rijksbrede inkoop, waarin aandacht wordt besteed aan duurzaam inkopen. Ook over een duurzaamheidsindex ontvangt de Kamer in de zomer een brief.
| ||||
KST74128 0304tkkst26485-24 ISSN 0921 - 7371 Sdu Uitgevers 's-Gravenhage 2004 | De voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, Hofstra
De griffier van de vaste commissie voor Economische Zaken,
|
pagina VERANTWOORD ONDERNEMEN |
begin document |