terug
Dit artikel verscheen in iets gewijzigde vorm in India Nu van maart-april 1998.




Hoopgevende onderwijsprogramma's in India

Goed basisonderwijs voor elk kind


Het basisonderwijs in India rammelt aan alle kanten. Het is wellicht de belangrijke oorzaak van kinderarbeid. De overheid laat het ondanks beloftes flink afweten. Toch zijn er hoopgevende particuliere initiatieven die ook de lokale overheden in beweging brengen. Gerard Oonk bezocht twee opvallende organisaties op dit gebied: Pratham in Bombay en de MV Foundation in Andhra Pradesh.

'Ik ben optimistisch. We slagen er in om het schoolsysteem te beïnvloeden. Er zijn veel jonge enthousiaste jonge onderwijzers die daaraan meewerken. Onderwijzers maken zelf nieuw lesmateriaal. Het beste materiaal laten we, mooi vormgegeven, op grote schaal drukken en vervolgens gaat het naar de scholen. Ook mobiliseren we de ouders. Zij hebben er belang bij dat het onderwijssysteem beter gaat functioneren. In de armste wijken hebben we ruim 1200 kleuterscholen opgezet. De ouders betalen er voor. Sommige grote financiële instellingen en bedrijven zijn bereid om geld in het basisonderwijs te steken. Ze zien beter dan de regering hoe belangrijk het is om het basisonderwijs voor elk kind toegankelijk te maken en de kwaliteit te verbeteren. Over een paar jaar heeft Bombay tenslotte 600.000 nieuwe werknemers nodig die met een computer overweg kunnen. Dan heb je toch minstens behoorlijk basisonderwijs nodig'.
Aan het woord is Madhav Chavan, coördinator van de organisatie Pratham en een man die bruist van de ideeën om de slogan 'goed basisonderwijs voor elk kind' in de miljoenenstad Bombay in de praktijk te brengen. Een enorme en welhaast onmogelijke taak lijkt het.

Satellietscholen

Er zitten driekwart miljoen kinderen tussen 6 en 12 jaar op de openbare scholen in Bombay. Een half miljoen kinderen bezoekt een privé beheerde school. Van de ruim 1 miljoen kinderen die staan ingeschreven zijn er in de zesde klas nog maar 79.000 overgebleven. Gemiddeld zij er 54 kinderen per onderwijzer, maar dat kunnen er ook meer dan 75 zijn.
Toch beperkt Pratham zich niet tot een wijk of enkele scholen. De ambitie is om het openbaar onderwijs in de hele stad te verbeteren. Daarom werkt de organisatie nauw samen met de gemeente en de Hogeschool voor maatschappelijk werk. Het openbaar onderwijs is het 'onderwijs van de armen'. Iedereen die het zich maar even kan veroorloven stuurt zijn kind naar een privé-school. 'De meeste ouders menen dat deze beter zijn, maar dat is lang niet altijd het geval' meent Chavan. Toch komen de kinderen die de privé-scholen bezoeken veel eerder in aanmerking voor de betere banen. Inmiddels is op initiatief van Pratham een hele reeks van activiteiten op gang gekomen. Tweehonderdduizend kinderen in Bombay gaan niet naar school en de helft daarvan zijn zelfs nooit ingeschreven. Het starten van kleuterscholen moet er voor zorgen dat de kinderen voorbereid worden op het basisonderwijs. Om de toestroom te vergemakkelijken worden in krottenwijken makkelijk bereikbare 'satellietscholen' opgezet. Een ander probleem is dat bijna 20% van de kinderen de school onregelmatig bezoekt. Er is een netwerk van 'preraks' - motivatie-medewerkers - die de kinderen en hun ouders thuis bezoeken en de belemmeringen voor schoolbezoek proberen weg te nemen. Op kleine schaal is ervaring opgedaan met 'speciale scholen' voor straatkinderen. Veertig procent van hen zijn nu regelmatige leerlingen zijn geworden. Chavan is daarmee niet tevreden: 'Onze uitdaging is om een dergelijk aanpak op grotere schaal te herhalen en door experimenten te verbeteren. Daar moeten we de gemeente bij betrekken.'

Pratham werkt ook aan de verbetering van de kwaliteit van het basisonderwijs. En dat is hard nodig. Eenvijfde van de kinderen in de derde klas kan bijvoorbeeld niet lezen, schrijven en rekenen op het niveau dat van een eersteklasser wordt verwacht. Via grootscheepse 'Gammat Yatra's' - speel- en leer-evementen - en uitwisseling tussen onderwijzers - het SMILE Forum - worden nieuwe en aantrekkelijke onderwijsmethoden en materialen ontwikkelt en verspreid. Verder runt Pratham centra waar onderwijzers worden bijgeschoold en elkaar bijscholen. Daar wordt ook gewerkt aan praktische planning en evaluatie van het basisonderwijs van elke wijk in Bombay.
Een serie kleine bibliotheken - mét internet-aansluiting - in alle wijken, staat nog op de verlanglijst. Chavan wordt in zijn kantoor trouwens omgeven door dozen met computers, geschonken door het bedrijfsleven. Pratham probeert zoveel mogelijk basisscholen van computers te voorzien.

Gratis onderwijs

Maar ondanks zijn enthousiasme en de bereikte resultaten is Chavan zich er sterk van bewust dat zijn doel nog lang niet is verwezenlijkt en er nog gigantisch veel werk verzet moet worden. Nu de druk op het onderwijssysteem om te presteren toeneemt, groeit ook de weerstand.
Zo heeft Chavan zijn pogingen opgegeven om samen te werken met de grootste onderwijzersvakbond van de deelstaat Maharasthra, de Brihanmumbai Mahapalika Shikshak Sabha (BMSS). Ramesh Joshi, president van de BMMS en gemeenteraadslid, kan het werk van Pratham weinig waarderen: 'We dachten eerst dat ze zich zouden beperken tot het kleuteronderwijs, maar nu houden ze zich ook met het basisonderwijs bezig. NGO's als Pratham moeten zich met kleuters en het onderwijs voor werkende kinderen en migrantenkinderen bezighouden. Ze moeten zich niet bemoeien met de onderwijsmethoden.' Op mijn opmerking dat Pratham toch aantrekkelijke onderwijsmethoden, door onderwijzers zelf ontwikkeld, op grote schaal heeft geïntroduceerd reageert Joshi fel: 'Maar het zijn wel ónze leden, ónze onderwijzers'. Over de pogingen van Pratham om werkende kinderen op school te krijgen laat Joshi geen misverstand bestaan: 'Kinderarbeid kan in Zuid-Azië niet worden uitgebannen. Dit brengt de gezinnen in de problemen. In plaats van kinderarbeid af te schaffen moeten we het onderwijssysteem - dat nog van de Britten is geërfd - aanpassen aan de kinderen die werken, met name via avondscholen.' Er zijn zo'n 100 avondscholen in Bombay die van 7 tot 9.30 lesgeven aan kinderen boven de 10 jaar. Voor deze kinderen zoals 'hotel boys', werkers in de plastic-industrie en meisjes die in het huishouden werken is onderwijs van secondair belang.'

Alsof het onderwijs in Bombay nog onvoldoende uitdaging biedt, is Pratham in 1997 ook begonnen met de campagne 'Voice of India - Say Yes To Education'. Daarin pleit zij - overigens samen met veel andere organisaties in India - voor leerplicht en het recht op gratis onderwijs voor alle kinderen tot 14 jaar. En natuurlijk voor meer overheidsgeld om dat recht in de praktijk te brengen. In 1993 heeft het Supreme Court bepaald dat het recht op onderwijs een juridisch afdwingbaar recht van elk individu is. In de Grondwet stond al dat elk kind in 1960 basisonderwijs zou moeten volgen, maar aan dit beginsel kon tot nu geen individueel recht worden ontleend. Chavan: 'De [nu demissionaire] regering voelde zich gedwongen het recht op onderwijs over te nemen in een nieuw amendement op de Grondwet. We hebben het amendement op Internet gezet. In korte tijd kregen we 4.000 positieve reacties van Indiërs over de hele wereld. Die hebben we aan het parlement gestuurd. We werden vervolgens voor een hoorzitting uitgenodigd, waar overigens maar 16 van de 44 bij onderwijs betrokken parlementariërs aanwezig waren. De politieke partijen bewijzen lippendienst aan het onderwerp, maar hebben er in de praktijk niets aan gedaan. Ze durven niet te zeggen dat ze er tegen zijn, ze kunnen alleen de zaak traineren. Maar samen met andere organisaties gaan we door met onze campagne.'
Het is nog de vraag of de nieuwe regering ook het wettelijk recht op gratis onderwijs zal nastreven. Als het aan de kiezers ligt gebeurt dat wel. In het tijdschrift India Today meldt de verslaggeefster na een reis langs vele dorpen dat de mensen vooral 'werk, water en scholen' willen.

Brugklassen

Het zal niet verbazen dat Ramesh Joshi van de onderwijzersvakbond in Maharashtra weinig voelt voor de leerplicht. Heel anders ligt dat voor de circa 1500 leden van het Onderwijzersforum Tegen Kinderarbeid, afgekort in BKVV. Zij zijn niet alleen voor de leerplicht, maar zetten zich ook in om dat in hun eigen dorp en streek te realiseren. Die streek is het 2,5 miljoen inwoners (en ruim een half miljoen kindeen tussen de 5 en 14 jaar) tellende Ranga Reddy district in Andhra Pradesh. Het onderwijzersforum is opgericht door de MV Foundation, een organisatie die er in is geslaagd om samen met onderwijzers, ouders, lokale ambtenaren en 6000 'jonge vrijwilligers' zo'n 50.000 kinderen op school te krijgen. Tienduizend van hen, de meesten ouder dan 9 jaar, hadden daarvoor een full-time baan. Via 'brugcursussen' zijn deze kinderen, veelal kasteloos en uit de armste groepen, doorgestroomd naar het dagonderwijs. Aanvankelijk ging het vooral om 'onderwijskampen' van 3 tot 6 maanden. Inmiddels worden steeds meer 'brugklassen' voor ex-werkende kinderen in de scholen zelf georganiseerd. De andere 40.000 andere 'nieuwe scholieren' zijn kinderen van 6 tot 9 jaar. Zij waren 'kandidaten' voor kinderarbeid maar zijn toch op school beland. Dat lukte door alle betrokkenen in de gemeenschap erbij te betrekken. De rol van de onderwijzers is daarbij van groot belang. Een onderwijzer zegt daarover: 'We moeten ons ook inzetten voor de kinderen die nog werken. Als leden van de BKVV doen we dit werk in onze vrije uren en de vakanties. Zo nodig proberen we de ouders en de werkgevers te overtuigen. De kinderen zelf willen graag naar school. Ons district zal binnen niet al te lange tijd kinderarbeidvrij zijn.' Een andere onderwijzer vult met trots aan: 'Wij hadden het eerste kinderarbeidvrije dorp in Ranga Reddy. Het is gelukt door de inspanning van iedereen. Inmiddels zijn we er in ons gebied van zestien dorpen in geslaagd om de afgelopen drie jaar de schooldeelname te verhogen van 50 tot 90%. Tien dorpen zij helemaal vrij van kinderarbeid.' In totaal heeft Ranga Reddy nu 70 kinderarbeidvrije dorpen.

Zulke uitspraken van onderwijzers zijn verrassend. Onderwijzers staan, zeker op het platteland, niet bekend om hun grote inzet. Hun arbeidsomstandigheden zijn moeilijk - grote klassen en weinig leermiddelen - en en hun arbeidspositie is ijzersterk. Het gevolg is veelvuldige afwezigheid en desinteresse in het lesgeven en in de kinderen zelf. Het gevolg: de kinderen blijven weg. De MV Foundation heeft deze negatieve spiraal weten te doorbreken. Zij heeft inmiddels 900 hulponderwijzers - vaak lokale jongeren - getraind en aangesteld, die voor de helft door alle de dorpsbewoners zelf betaald worden. Er zijn comités van ouders en onderwijzers opgericht waardoor de ouders meer bij de school worden betrokken en de onderwijzers onder druk staan om beter les te geven. De hogere waardering die onderwijzers daardoor van de ouders krijgen heeft er toe geleid dat veel jonge onderwijzers zich nu niet alleen inzetten om beter les te geven, maar het ook als een erezaak zien om alle dorpskinderen op school te krijgen èn te houden.
In tegenstelling tot de houding van Joshi's bond in Bombay tegenover Pratham, zijn de onderwijzersvakbonden in Andhra Pradesh - het zijn er zes - inmiddels gewonnen voor de aanpak van de MV Foundation. Nog maar kort geleden was dat anders, maar op een bijeenkomst in november 1997 prezen de bonden de MV Foundation en de BKVV om het hardst. En ze kunnen moeilijk anders want de BKVV is in korte tijd sterk gegroeid en bestaat uit leden van alle bonden. Geen enkele bond wil de boot missen. Zij beloofden zelfs om zich in andere districten ook in te spannen om werkende kinderen op school te krijgen.

Halsstarrige ouders

Niet alleen uit het bovenstaande blijkt dat de MV Foundation is de afgelopen jaren uitgegroeid tot van een organisatie tot een sociale beweging waarvan de invloed tot ver buiten het Ranga Reddy district reikt. Dat was onder meer merkbaar tijdens diverse bijeenkomsten met onderwijzers, dorpshoofden, ambtenaren, jongeren, vakbondsleden en (andere) dorpsbewoners. Het is een zaak van velen en niet alleen van de MV Foundation geworden om kinderen op school te krijgen. Er wordt over 'wij' en niet over 'zij van de MV Foundation' gesproken. Een dorpshoofd: 'We hebben met de ouders-onderwijzersraad bijgedragen aan het schoolgebouw en het salaris van extra onderwijzers. We hebben besloten ons vooral op meisjes te richten. We zijn met halsstarrige ouders gaan praten en zijn er in geslaagd om meisjes van 13 en 14 toch nog naar school te krijgen. De voorzitter van de jeugdclub uit de streek meldt: 'We zijn huis-aan-huis langs geweest om niet-schoolgaande kinderen op te sporen. We vinden het onze plicht om dit te doen. Nu zit 90% van de kinderen op school.' Een ambtenaar: 'In het begin was het moeilijk. Nu is de nieuwe sociale norm gevestigd dat een kind gewoon naar school moet. Er is een ouders-onderwijzersraad in elk dorp. We zamelen via de 'ration card' vijf rupie per bewoner in voor het aanstellen van hulponderwijzers.'

Inmiddels heeft ook de regering van Andhra Pradesh de aanpak van de MV Foundation omarmd. In 1997 hebben 37.000 kinderen meegedaan aan het Back-To-School programma, gebaseerd op het model van het 'brugcursussen' van de MV Foundation. De bedoeling is dat in 1998 100.000 kinderen gaan meedoen, die vervolgens doorstromen naar het reguliere onderwijs. Het Ministerie van Welzijn heeft een aantal brugcursussen alleen voor meisjes georganiseerd. De onderwijzers zijn door de MVF getraind. De regering was aanvankelijk van plan om alle kasteloze kinderen Rs.50 per maand te geven als zij de school zouden bezoeken. De MV Foundation heeft de minister van onderwijs uitgenodigd voor een bezoek. De minister besloot vervolgens om het geld aan verbetering van het onderwijs te besteden.

Momenteel staat de MV Foundation voor een nieuwe uitdaging. Het District Primary Education Programme (DPEP) dat in 200 districten van 13 deelstaten opereert, heeft sinds kort acht nieuwe districten in Andhra Pradesh 'onder zijn hoede genomen'. Daaronder is ook het Ranga Reddy District. Het DPEP krijgt in heel India honderden miljoenen guldens gesteund door buitenlandse donoren als de Wereldbank, de EU en bilaterale donoren als Engeland en Nederland. Het beleid van DPEP voor werkende kinderen is het aanbieden van part-time onderwijs, vaak na een lange werkdag. De MV Foundation wijst deze aanpak radicaal af omdat zij vindt dat ieder kind recht heeft op gelijkwaardig en full-time basisonderwijs. De MV Foundation heeft daarom met succes bij het DPEP bedongen dat in de acht 'nieuwe' districten de 'MV Foundation-aanpak' wordt gevolgd: alle kinderen naar gewone scholen en geen non-formeel onderwijs. De Foundation gaat het DPEP-personeel daarvoor trainen en draagt verder bij met de inzet van een aantal stafleden plus 1000 jonge vrijwilligers. Er wordt vooral op gemikt om meer meisjes naar school te krijgen.


Gerard Oonk
Landelijke India Werkgroep (LIW)




pagina KINDERARBEID

begin document

Landelijke India Werkgroep - 1 oktober 1999