Een historische strijd voor waardigheid

Miljoen poepvegers gooien hun bezems voorgoed neer



Het beste nieuws van 2010 was dat, na een tien jaar durende campagne, een miljoen balmiki-vrouwen hun bezems naast zich neerlegden. ‘Wij zullen nooit meer stront vegen,’ verklaarden ze. Balmiki’s of safai karmacharis bungelen aan de onderkant van het Indiase kastenstelsel.

Balmiki’s zijn de enige groep mensen die door het kastenstelsel veroordeeld zijn tot het schoonmaken van droge latrines. Dit zijn geen toiletten ‘westerse stijl’, maar onvoorstelbaar smerige constructies. Twee voetsteunen vormen een toilet en mensen doen hun behoeften op de grond of boven een afvoer. De balmiki-vrouw of -man veegt dit vervolgens met een handbezem en een tinnen schepje in een mand of emmer en brengt het naar een nabijgelegen stortplaats. Dit werkt al een eeuw lang min of meer zo. Mensen uit alle andere kasten, en zelfs andere Dalits, beschouwen hen als ‘onaanraakbaar’ en zullen niet samen met hen eten of onderling trouwen. Zij zijn de ‘onaanraakbaren’ onder de ‘onaanraakbaren’ en de meest gediscrimineerde kaste in India, Nepal, Bangladesh en Pakistan. Balmiki’s kunnen hindoe, moslim of christen zijn.

Team uit dezelfde gemeenschap
Martin Macwan van Navsarjan Trust liet mij in 1996 voor het eerst kennismaken met het fenomeen ‘manual scavenging’, zoals het met de hand opruimen van poep wordt genoemd. Ik kon niet geloven dat er, vijftig jaar na de Indiase onafhankelijkheid, in ons land nog steeds mensen worden gedwongen zulk mensonterend, geestdodend werk te doen. Het team van Navsarjan Trust liet me in Gujarat openbare en particuliere droge latrines zien, waar ik met eigen ogen dit schokkende schouwspel zag. Ik schreef een artikel en vervolgens een boek Endless Filth, dat in 1999 werd gepubliceerd.
In 2003 ontmoette ik Bejawada Wilson, voorzitter van de Safai Karmachari Andolan (SKA). Al snel werd me duidelijk dat, waar alle anderen maar moeizaam vooruitgang boekten, SKA snel succes had omdat alle mensen uit het team zelf een balmiki-achtergrond hadden. Het uit de wereld helpen van manual scavenging was hun missie, het enige doel in hun leven. Ik ging van dorp naar dorp in Punjab, Haryana, Uttaranchal en Orissa. Overal waar ik kwam was het hetzelfde. Dronken lui stortten de ene na de andere scheldkanonnade over hen uit, maar het team was praktisch immuun voor de beledigingen. Seema uit Haryana: ‘De meeste mensen zijn hier nog voor de middag dronken. Als we ergens voor het eerst komen, schreeuwen ze tegen ons: “Niemand heeft jullie gevraagd om hier te komen, jullie vuile bastaarden, klootzakken.” Maar wij zijn gewend geraakt aan dit soort taal. Het is in elk dorp hetzelfde. En onze eigen ooms en vaders kwamen ook vaak dronken thuis en gedroegen zich op dezelfde manier. We laten het van ons afglijden. Na een paar bezoeken keert de rust terug. De mensen beginnen ons te vertrouwen als ze begrijpen dat onze families hetzelfde werk doen. Wij behoren tot dezelfde gemeenschap, wij zijn ook balmiki’s.’ Deze doorbraken zijn essentieel voor het succes van de beweging.

'Verbrand de poepmanden'
In 2003 diende SKA samen met dertien andere organisaties en personen een ‘rechtszaak in het openbaar belang’ in bij het Hooggerechtshof. Daarin werd aangekaart dat ondanks het feit dat poepruimen en droge latrines sinds 1993 verboden zijn, deze praktijken nog altijd voorkomen in de meeste deelstaten van India. Het Hooggerechtshof riep daarop een aantal hoge overheidsfunctionarissen naar Delhi. De meesten van hen logen; ze ontkenden dat deze praktijken nog voorkomen. SKA zorgde vervolgens voor bewijsmateriaal: foto’s, filmmateriaal en lijsten met adressen van huizen met droge latrines, inclusief de namen van de huiseigenaren en de namen van de vrouwen die deze latrines schoonhielden. TV-zenders pikten het al snel op. Ze filmden de huizen met droge latrines, tot ergernis van de eigenaren die hiermee publiekelijk te schande werden gezet. Het werd een groot succes, vooral in Punjab en Haryana. Het nieuws ging als een lopend vuurtje rond: ‘Bouw een echt toilet, of er zullen TV-verslaggevers langskomen en dan zal iedereen je uitlachen.’
In 2004 begon SKA met een ‘slooptour’. Bussen reden van dorp naar dorp om droge latrines te ontmantelen. Dit kreeg heel wat media-aandacht. In 2006 kregen de balmiki’s opnieuw een hart onder de riem gestoken via de campagne ‘Verbrand de manden van schande’. Overal droegen de vrouwen hun manden waarmee ze poepruimden naar de overheidsgebouwen, het administratieve epicentrum van elk district, en staken de manden in brand onder het schreeuwen van slogans waarin ze om gerechtigheid en waardigheid vroegen. Veel vrouwen vertelden me dat zij nooit hadden durven dromen dat ze voor een kantoor van de hoogste lokale regeringsambtenaar zouden staan en hun rechten zouden opeisen. Voordat de campagne van start ging, wist bijna niemand van hen dat ze überhaupt rechten hadden, of dat poepruimen sinds 1993 verboden is.
In 2007 organiseerde SKA een landelijke conferentie om de beweging op een ander niveau te tillen. Hieruit kwamen drie thema’s naar voren. Ten eerste: focussen op poepruimen als grimmige uiting van onaanraakbaarheid. Ten tweede: uitbuiting van en geweld tegen Dalit-vrouwen. En als derde: poepruimen als schending van mensenrechten.

Verandering van onderop
Aangezien vrijwel alle deelstaten het poepruimen en de aanwezigheid van droge latrines bleven ontkennen, voerde SKA een landelijk onderzoek uit om aan het Hooggerechtshof voor te leggen. Usha Ramanathan, een senior advocaat van het Hooggerechtshof, zei: ‘De informatie die is verzameld, gebundeld en aan ons voorgelegd was indrukwekkend. Ik heb zelden zo’n overduidelijke zaak behandeld. Het succes van de zaak, en de reactie van het Hooggerechtshof is grotendeels aan deze informatievoorziening te danken.’
Hierna begon SKA met een nieuwe campagne: ‘Countdown 2010’. Delhi hing indertijd vol affiches waarin werd afgeteld tot de Gemenebestspelen die dat jaar in India zouden worden gehouden. Sankarangaru, een mentor van SKA, zei: ‘We moeten een deadline stellen, anders blijven we voor altijd voortmodderen.’ Daarop kondigden ze aan dat het ‘erop of eronder’ zou zijn met het poepruimen. Er werd een protest-bustocht georganiseerd van het noordelijke Kashmir tot Kanyakumari in het zuidelijkste puntje van India. Balmiki’s uit het zuidelijke Tamil Nadu trokken naar de Himalaya’s en Kashmir om mede-poepruimers aan te moedigen: ‘Gooi de bezem neer. Stop met poepruimen. Doe het voor de toekomst van je kinderen.’ En dat is wat er gebeurde. Overal waar de bussen stopten, gooiden balmiki-vrouwen hun bezem weg. Met honderdduizenden tegelijk.
Op 31 oktober kwamen de vijf bussen onder luid gejuich en gejubel aan in Delhi. De volgende dag werd een petitie met eisen overhandigd aan vertegenwoordigers van de overheid. Op 20 december vierde SKA een overwinningsfeest. Er werd berekend dat van de 1,3 miljoen poepvegers, er een miljoen hun bezems hadden neergelegd.

Mijlpaal
de overheid, stuurde een brief naar de minister-president waarin werd aangedrongen om belangrijke stappen te nemen om deze beschamende praktijk definitief uit de wereld te helpen, en een compensatiepakket ter beschikking te stellen voor de voormalige poepruimers.
Ook Wilson van SKA beseft dat ze nog lang te gaan hebben. Hij werd bekritiseerd omdat hij gezegd had dat poepruimen in grote delen van India afgeschaft is, en daarmee de overheid het groene licht zou hebben gegeven om op de lauweren te rusten. SKA zal binnenkort een ‘rapportcijfer’ geven aan elke staat, afhankelijk van in welke mate poepruimen is uitgebannen, de latrines zijn verwijderd en of er compensatie voor de vrouwen beschikbaar is gesteld. Maar de vrouwen die hun bezems hebben neergegooid hebben genoeg reden om feest te vieren. En SKA heeft een indrukwekkende overwinning behaald. Ze hebben voltooid waar Gandhi honderd jaar geleden mee begonnen is, maar niet heeft afgemaakt. De overwinning van SKA is een mijlpaal in de geschiedenis van India.

Mari Marcel Thekaekara

Mari Marcel Thekaekara is schrijfster en journaliste in India en zet zich via de media actief in voor de rechten van Dalits, adivasi en andere achtergestelde groepen.
Voor meer artikelen van deze auteur, zie www.dalits.nl/marithekaekara.html.
terug
Dalits
HOME Landelijke India Werkgroep
tijdschrift INDIA NU
Landelijke India Werkgroep - 22 maart 2011