|

Dalits nog steeds uitgesloten in de Indiase pers
Waar is de onaanraakbare journalist?
In 1996 ging de Indiase journalist B.N. Uniyal op vraag van een buitenlandse collega op zoek naar Dalits onder collega-journalisten. Tot zijn verbazing vond hij er geen één. Nu, tien jaar later, is de situatie er niet veel beter op geworden, concludeert onderzoekster Chris Verschooten. Dalits zijn een onderwerp waarover soms druk en graag geschreven wordt, maar dat gebeurt zelden door Dalits zelf.
Tien jaar na Uniyals bedroevende zoektocht naar Dalit journalisten hebben Dalits meer eigen publicaties dan ooit en zijn ze ook zeer actief op het internet. Maar slechts enkele Dalit journalisten werken ook voor de grote Indiase kranten en tijdschriften. Voor die publicaties schrijven nog altijd vooral journalisten afkomstig uit de dwija-kasten, de tweemaal geborenen, of de drie hoogste kasten. Ook de top van de mediabedrijven is in handen van de hogere kasten. Een studie van het Centre for the Study of Developing Societies (CSDS) in New Delhi bevestigde onlangs nog dat leden van hogere kasten in de meeste mediabedrijven de meerderheid van de redactionele beslissingen nemen.
Brahmaanse wurggreep
Dat de media hun deuren gesloten houden voor Dalits heeft gevolgen voor het beeld
van Dalits in de Indiase pers. Dat viel enkele maanden geleden nog vast te stellen. Zestien jaar na de beruchte 'Mandal-rellen', waarbij studenten van hogere kasten zich in brand staken uit protest tegen de uitbreiding van reserveringsmaatregelen voor Dalits naar Other Backward Castes (OBC's), woedde er de afgelopen maanden opnieuw een nationaal debat rond reserveringen.
In navolging van protesten door studenten geneeskunde, legden artsen over het hele land het werk neer uit protest tegen de verhoging van de quota voor OBC-studenten in overheidsuniversiteiten. Net zoals bij de Mandal-rellen stelden waarnemers vast dat vooral het anti-reserveringskamp aan bod kwam in de media, en niet het pro-reserveringskamp. Deze waarnemers legden ook een verband met de (hoge) kaste-achtergrond van dè journalisten. Het gebrek aan Dalits in de media én de gebrekkige berichtgeving over Dalits is een oud pijnpunt. Dalit intellectuelen klagen al jaren over de manier waarop de media hen portretteren. Ze spreken over de 'brahmaanse wurggreep van de Indiase media', iets waar hun leider, dr. B.R. Ambedkar, weliswaar in andere bewoordingen, het al in 1946 over had. De meeste Dalit intellectuelen lijken het erover eens te zijn dat Dalits en hun thema's momenteel
op een gebrekkige manier aan bod komen, en dat alleen een betere vertegenwoordiging van Dalit journalisten in de media de beeldvorming kan verbeteren. Ze protesteren vooral tegen het feit dat Dalits enkel op een negatieve manier in het nieuws komen. De media, zo wordt gesteld, bevestigen het sociale status-quo. Het discours over kaste in de media zou vooral de bekommernissen van de hogere kasten weerspiegelen.
Kaste is alleen probleem voor kastelozen
Omdat over het beeld van de Dalits in de pers nog geen enkel wetenschappelijk werk was verricht, besloot Verschooten haar doctoraal onderzoek daarop toe te spitsen. Zij onderzocht de verslaggeving van vijf belangrijke nieuwsgebeurteniSjen in de periode 2001-2002. Het ging om gebeurtenissen die gerelateerd waren aan kastekwesties en die een publiek debat teweegbrachten. Ze verrichtte tekstanalyse, maar deed ook veldonderzoek in New Delhi en "De journalisten betreuren de levensomstandigheden van Dalits in de dorpen en willen daar best over schrijven.
Maar over de voortdurende kastepraktijken van de eigen elite wordt gezwegen" | Chennai en interviewde een vijftigtal journalisten ter plaatse. Tijdens de interviews herleidden de meeste journalisten kaste tot een probleem van de Dalits zelf, en zij zagen hierin alleen de sociaal-economische dimensie van het probleem. Tijdens de interviews met deze (niet-Dalit) journalisten, bleek kaste 'altijd elders' te zijn: ze betreuren de sociaal-economische levensomstandigheden van Dalits in de dorpen en willen daar best over schrijven. Maar over de voortdurende kastepraktijken van de eigen elite wordt gezwegen. Er wordt zelden een verband gelegd tussen de praktijken van hogere kasten en de discriminatie van Dalits. Dat de scheiding tussen Dalits en hogere kasten bijvoorbeeld in stand wordt gehouden door huwelijken, komt weinig ter sprake. Het huwelijk wordt voorgesteld als een privé-aangelegenheid en ontdaan van elke potentiële politieke betekenis. Ook andere religieuze en culturele dimensies van kaste blijven grotendeels onbelicht.
Het meest opvallende voorbeeld in het onderzoek was de berichtgeving over het lynchen van vijf Dalits in de deelstaat Haryana. De lynchactie vond plaats omdat de Dalits een koe levend zouden hebben gevild, wat nadien niet bleek te kloppen. De religieuze en legale achtergrond van de feiten werd slechts door enkele kranten ter discussie gesteld. Er werd bijvoorbeeld nauwelijks gediscussieerd over de Cow Protection Act.
Is kasteloosheid seculier of religieus?
De BJP-geleide NDA-coalitie was aan de macht in de betreffende periode van 2001-2002. Het beeld van de Dalits in de Indiase pers in 2001-2002 moet om die reden vooral
gezien worden in de context van het in die periode toenemende hindoenationalisme. Journalisten waren zeer sterk bezig met het nationalisme en de rol van de staat, en Dalit vraagstukken werden overwegend in relatie tot deze thematiek gezien. De Dalit problematiek in de
 (foto: Henk Braam) Verenigd in uitsluitingDe Dalits of Scheduled Castes vertegenwoordigen ongeveer zestien procent van de Indiase bevolking. Zij zijn bekend onder een hele reeks namen, waaronder de negentiende eeuwse koloniale term pariah en de welbekende term onaanraakbaren. De Dalits vormen geen sociale, politieke, culturele of economische eenheid. Er zijn Dalit intellectuelen in de steden die soms hun kaste-achtergrond verborgen houden en arme Dalit arbeiders op het platteland die militeren. Sommige Dalits hebben hun eigen hiërarchie ontwikkeld en behandelen andere Dalits soms als 'onaanraakbaar'. Wat de Dalits echter allemaal op de een of andere manier bindt, is uitsluiting. Zelfs de welgestelde Dalit stedeling kan zich nog sociaal gediscrimineerd voelen.
Zie de rubriek 'India Toen: Tweestrijd Gandhi en Ambedkar' (India Nu 163) voor meer informatie over Dalits.
|
|
journalistiek werd in deze periode daarom grotendeels ondergeschikt gemaakt aan de strijd tussen het secularisme en het evangelistische hindoenationalisme. De artikelen over Dalits gingen vooral over de betekenis van de natiestaat, en niet over het leven en de ervaringen van de Dalits. De Dalits functioneerden als het ware als het terrein waarop een gevecht tussen seculier en religieus nationalisme werd uitgevochten. Daarbij bleef de stem van de Dalits zélf grotendeels afwezig. De verslaggeving over de bekeringsrally in New Delhi in november 2001, waarbij duizenden Dalits zich bekeerden tot het boeddhisme, is hierbij een goed voorbeeld. Terwijl bekering complexe identiteiten kan voortbrengen, met sociale, economische, culturele, politieke en spirituele dimensies, benaderde de pers het gebeuren op een beperkte manier vanuit de seculiere-versus-hindoenationalistische hoek. Zo had de Engelstalige pers de neiging de Dalits als natuurlijke bondgenoten van het secularisme voor te stellen en als tegenstanders van het hindoenationalisme, met name de VHP en RSS.
Slachtoffers en activisten
Hoewel de Dalits overwegend als slachtoffers werden voorgesteld, kwamen ze toch ook regelmatig in de rol van activist aan bod. In het eerste geval werden de Dalits op een relatief sympathieke manier bejegend. Journalisten wezen voortdurend naar de grondwet, die zowel de bescherming als de preferentiële behandeling van Dalits voorschrijft. Tegelijkertijd werden de Dalits-als-slachtoffer in een passieve rol geduwd en als één grote, homogene groep benaderd. In het tweede geval, dat van de Dalit-als-activist, was het beeld veel minder sympathiek. Dalit leiders werden bijvoorbeeld regelmatig als agressief, emotioneel of opportunistisch voorgesteld. De pers benadrukte ook vaak het gebrek aan eenheid tussen Dalit activisten. Beide voorstellingen, de Dalit-als-slachtoffer en de Dalit-als-activist, werden alleen in eigen Dalit publicaties aan andere kasten gekoppeld. Zo schrijft The Dalit Voice voortdurend en op militante manier tegen de brahmanen. De Dalit-als-activist kan volgens het blad nog wat leren van de machtspolitiek van de brahmanen, terwijl de laatste groep op een zeer uitgesproken manier verantwoordelijk wordt gesteld voor het leed van de Dalit-als-slachtoffer. De positie van The Dalit Voice sluit aan bij een bepaald deel van de Dalit beweging. Een ander deel van de beweging is meer begaan met het ontwikkelen van de relaties tussen Dalits en OBC's. Zowel de relaties tussen Dalits en OBC's als die tussen Dalits en brahmanen kwamen in de artikelen van de mainstream press die Verschooten onderzocht niet aan bod.
Paradoxaal marginaal
In 1997 gebruikte de Belgische antropoloog Deliège de term 'paradoxale marginaliteit' om de positie van de Dalits te beschrijven. Daarmee bedoelde hij dat Dalits een cruciale rol spelen in de economie, maar tegelijkertijd sociaal uitgesloten blijven. In een later werk paste de Schotse onderzoeker Gorringe deze term toe om de politieke situatie van de Dalits te omschrijven: de Dalits vormen een belangrijk politiek thema maar worden grotendeels buiten de politieke besluitvorming en macht gehouden. Verschootens onderzoek toont aan dat 'paradoxale marginaliteit' ook voor de Dalits in de media geldt. Ze zijn een onderwerp waarover soms druk en graag geschreven wordt, maar dat gebeurt zelden door de Dalits zelf.
Chris Verschooten
Chris Verschooten verdedigde haar proefschrift Dalits in Media Discourse: Caste and the Politics of the Press in april 2006 aan de KUBrussel. Momenteel bereidt ze een boek voor op basis van haar onderzoek. Voor meer informatie: chris.verschooten@kubrussel.ac.be.
|
|