Jaarverslag 2008 FNV Mondiaal 1.4 Vakbondsversterking en -vernieuwing: Kinderarbeid
De vraag is echter of de mondiale kredietcrisis en de economische teruggang die zich in 2008 al manifesteerde roet in het eten zullen gooien. Verschillende partnerorganisaties van Mondiaal hebben alarmerende geluiden laten horen, al ontbreken er nu
nog concrete aanwijzingen dat er meer kinderen aan het werk zijn gegaan wegens de zware financieel-economische situatie.
Een interessant project in 2008 was de uitgave van het boek 'Een wereld voor kinderen -
opgroeien zonder kinderarbeid', met indrukwekkende foto's van de Nederlandse fotograaf Peter de Ruiter die ook initiator was van het project. Het project heeft afgelopen jaar veel aandacht gekregen in de media. In april 2008 is het boek (oplage tienduizend exemplaren) ruim besproken in onder andere het programma 1Vandaag (AVRO), Hart van Nederland (SBS6), het Jeugdjournaal (NOS), Omroep Brabant, het AD en de Volkskrant. De fotograaf heeft het boek samen met onze campagne Stop Kinderarbeid aan minister Koenders en de Tweede Kamer aangeboden. Belangrijk was verder de motie van CU-Kamerlid Joël Voordewind (gesteund door Kamerleden van CDA, SP, PvdA, SGP en GL) om bij de besteding van onderwijsgeld voor ontwikkelingslanden meer aandacht te besteden aan de bestrijding van kinderarbeid en aan de integratie van ex-kinderarbeiders in het onderwijs. Deze motie is aangenomen door de Tweede Kamer. De motie werd voorbereid in samenwerking met de campagne Stop Kinderarbeid en in dialoog met de partners. Een vertegenwoordiger van MV Foundation, de Indiase partner van FNV Mondiaal op het gebied van de bestrijding van kinderarbeid, heeft in gesprek met meerdere Kamerleden extra informatie en argumenten aangeleverd om de motie kracht bij te zetten. Volgens FNV Mondiaal en haar partners is het Nederlandse beleid op het gebied van ontwikkelingssamenwerking onvoldoende gericht op het bestrijden van kinderarbeid, terwijl goed onderwijs en begeleiding van ex-kindarbeiders naar de schoolbank een goede manier zijn om kin- derarbeid aan te pakken. Dat was ook de conclusie van een onafhankelijk onderzoek, uitgevoerd door onderzoeksbureau BBO in opdracht van de campagne Stop Kinderarbeid. Ondanks de aarzeling bij Koenders zelf haalde de motie het toch. En hopelijk zal dat meer coherentie in het Nederlandse beleid brengen.
In februari 2008 werd in New Delhi (India) een
internationale conferentie 'for Children's Rights Organisers and Campaigners' georganiseerd. Het idee voor een dergelijke bijeenkomst was voortgekomen uit een bijeenkomst van de GUF's in Amsterdam. De internationale bouw- en houtbond BWI was de trekker van de conferentie. Aanwezig waren vertegenwoordigers van vakbonden,
onderwijsbonden en ngo's uit de hele wereld (onder
meer uit Albanië, Kenia, Zimbabwe en Mexico). Vooral voor India zelf was de conferentie erg belangrijk. Er waren zelfs op ministersniveau mensen aanwezig, wat tekent dat het onderwerp 'kinderarbeid' in India hoog op de agenda is gekomen. Enkele jaren geleden was dat nooit gelukt. Een veld bezoek aan enkele steenfabrieken in de regio Agra was voor veel aanwezigen een eye opener met betrekking tot wat er in India al is bereikt in de strijd. Tijdens de conferentie in Delhi lanceerde FNV Mondiaal in samenwerking met haar Stop Kinderarbeid-partners het nieuwe Actieplan Kinderarbeid. Het ging om een nieuwe versie van het conceptactieplan dat al in 2007 werd gepresenteerd. Het nieuwe actieplan is samengesteld op basis van reacties van diverse stakeholders uit alle relevante sectoren en uit alle regio's op het eerste concept. Het actieplan beschrijft achttien stappen die bedrijven zouden moeten zetten om kinderarbeid te bestrijden, óók in hun toeleveringsketen. Het idee is om het actieplan in te zetten in een paar strategische sectoren, bijvoorbeeld de katoensector. Het actieplan is te downloaden via: http://www.indianet.nl/actionplanchildlabour.html. Een van de hoogtepunten van het jaar met betrekking tot de strijd tegen kinderarbeid was de tournee van diverse activisten tegen kinderarbeid door Afrika. De Afrika Tour was een vervolg op de Midden-Amerika Tour van 2007. Het vergde een behoorlijke organisatie om deze tournee te verwezenlijken. De kinderarbeidbestrijders (uit India, Nepal en Marokko) bezochten Marokko, Ethiopië, Oeganda, Zimbabwe en Kenia. In die landen ontmoetten zij lokale organisaties en projecten om ervaringen uit te wisselen over succesvolle manieren om kinderarbeid te bestrijden. De uitkomsten van de Afrika Tour werden begin november 2008 in Kenia gepresenteerd aan internationale en regionale maatschappelijke organisaties en overheden. Een opvallend nieuw element aan de discussie is dat het thema van voeding nadrukkelijk is meegenomen. Het verzorgen van schoolmaaltijden kan een belangrijke rol spelen om schooluitval terug te dringen. Een van de lessen van de eerdere Midden-Amerika Tour was dat er meer aandacht van de media zou kunnen komen als er journalisten mee zouden gaan. Daarom zijn twee Tsjechische journalisten uitgenodigd die over de reis een blog hebben bijgehouden
In de Afrika Tour namen Venkat Reddy van de Indiase MV Foundation, Radha Koirala van de Nepalese ngo Asamaan en Driss Elyoubi van de Marokaanse onderwijsbond deel. De rondreis begon in Marokko waar de delegatie werd ontvangen door maar liefst twee ministers, een duidelijk bewijs voor het toegenomen gewicht en erkenning van onze partner SNE (de Marokkaanse onderwijsbond). In Zimbabwe
heeft de delegatie contact gehad met Caclaz (Coalition Against Child Labour in Zimbabwe), de onderwijsbond en de landbouwbond. Vooral het onderwijs in Zimbabwe is in een crisis beland. Het afgelopen jaar hebben leerlingen maar weinig les gehad omdat de regering de onderwijzers geen leefbaar loon meer kon en wilde betalen. Een succes was dat Caclaz werd erkend door de ILO en dat de ILO heeft toegezegd beleid te gaan maken ten aanzien van kinderarbeid in Zimbabwe in overleg met Caclaz. In Ethiopië is vooral het platteland bezocht. Dat
bezoek werd mede georganiseerd door een lokale partner van de stichting Kinderpostzegels, een van de organisaties die de Afrika Tour samen met de
Stop Kinderarbeidcampagne heeft georganiseerd. In Ethiopië hebben stakeholders het concept van kinderarbeidvrije zones opgepikt en gaan ermee aan de slag. Om de overheden in de diverse landen te overtuigen dat de aanpak van de campagne Stop Kinderarbeid effectief is, gaan de organisaties die door de drie actievoerders zijn bezocht proefprojecten opzetten met kinderarbeidvrije zones. Begin 2009 is daartoe een voorstel opgesteld en voorgelegd ter financiering aan de Europese Commissie. Partners uit Nepal, India, Oeganda, Zimbabwe en Marokko gaan in dit voorstel samen met Hivos en FNV Mondiaal aan de slag om child labour free zones uit te werken en hierop de capaciteit te versterken. Hopelijk krijgen we hiervoor groen licht van de Europese Commissie. Het pilot-project om in vijf scholen in de Marokkaanse stad Fes de schooluitval terug te dringen (zie onder andere het Jaarverslag over 2006) is afgerond en geëvalueerd. De algemene indruk is dat dit een zeer succesvol project is geweest. De cijfers zijn in ieder geval indrukwekkend: het aantal voortijdige schoolverlaters is van zevenhonderd naar veertig gedaald, op een totaal van negenduizend leerlingen. De meeste van de kinderen die voortijdig van school gaan, komen in fabrieken en werkplaatsen terecht. Het succes is onder andere gelegen in het feit dat de leraren van de betrokken scholen zeer gemotiveerd zijn geraakt én gebleven! Ook kwam men er achter dat de voorzieningen op de school een belangrijke factor zijn om uitval terug te dringen. Hoe onaantrekkelijker de school, des te meer zijn ouders geneigd hun kinderen thuis te houden. Kritiek van de evaluatoren richtte zich vooral op de aanvankelijk te hoge ambities van de onderwijsbond SNE, de lokale partner van FNV Mondiaal. Men wilde op te veel fronten tegelijk actief zijn en dat ging soms ten koste van de lobby richting de overheid. Gezien het overduidelijke succes van de pilot zijn er plannen ontwikkeld om het project uit te breiden naar vijf regio's en dertig scholen, met regionale coördinatoren en veel aandacht voor lobby. Dit project is begin 2009 goedgekeurd door FNV Mondiaal. Het is te hopen dat het principe van 'geen kinderarbeid' tussen de oren van de mensen gaat zitten en dat ook de overheid serieus beleid ontwikkelt. En hopelijk krijgt de campagne nationale uitstraling, want er zijn nog minstens 600 duizend kinderen tussen zeven en veertien jaar in Marokko die werken in plaats van naar school gaan. Ook zijn er nog naar schatting 800 duizend kinderen die hun schoolgang combineren met werk. Dit leidt vaak tot definitieve schooluitval. De belangstelling van scholen en individuele leraren om mee te mogen doen is groot.
In 2008 is SNE een samenwerking aangegaan met de hogeschool Rotterdam, waarbij de ervaringen van SNE ook kunnen bijdragen om in Nederland de drop out percentages naar beneden te krijgen.
|
terug
LIW in de pers
Kinderarbeid en Onderwijs
HOME Landelijke India Werkgroep
