terug
Onderstaand artikel is gepubliceerd in: onzeWereld, juni 1994      

Belangstelling voor 'kindvriendelijk' tapijt

De tapijthandel in Nederland lijkt geïnteresseerd in een keurmerk voor 'kindvriendelijke' tapijten. Maar de twee grootste Indiase tapijtexporteurs, Hills en Obeetee, zijn teruggekomen op hun oorspronkelijke medewerking.
Volgens Gerard Oonk van de Landelijke India Werkgroep (LIW) is er over het algemeen positief gereageerd op het initiatief van de LIW en Novib om ook in Nederland met een keurmerk te komen voor tapijten waaraan geen kinderarbeid te pas is gekomen. Verschillende bedrijven, waaronder de Bijenkorf, V&D en Ikea, willen hierover praten of hebben om meer informatie gevraagd. In een enkel geval reageerde een importeur in eerste instantie negatief, om later toch weer bij te draaien. 'Waarschijnlijk merkte hij dat veel consumenten met het onderwerp bezig zijn.' De komende maanden gaan de LIW en Novib een publiekscampagne voeren rond het tapijtkeurmerk.
Een tegenslag is dat de grote Indiase tapijtexponeurs Hills en Obeetee zijn afgehaakt. De twee voelen meer voor een vrijwillige aanpak, waarbij de exporteurs ook tapijten zonder keurmerk kunnen verhandelen. De organisaties achter het keurmerk streven er juist naar dat een handelaar alleen nog 'kindvriendelijke' tapijten op de markt brengt.
Oonk noemt het besluit van Hills en Obeetee teleurstellend, maar gelooft niet dat dit de voortgang van het project in gevaar brengt. 'Er blijven nog vijftig tot zestig bedrijven over die mee willen doen. Acht tot negen daarvan kunnen, net als Hills en Obeetee, het volledige scala aan tapijten leveren.' De bedoeling is dat het keurmerk nog dit jaar wordt ingevoerd.
De druk van het naderende keurmerk heeft inmiddels in India voor politieke actie gezorgd. Zo is aangekondigd dat de controle op en de bestraffing van kinderarbeid wordt verscherpt en dat kinderen voortaan hetzelfde minimumloon krijgen als volwassenen. 'Op die manier probeert de overheid de instelling van het keurmerk te omzeilen, omdat men verlies van inkomsten vreest,' analyseert Oonk. 'Op zichzelf zijn die maatregelen een goede zaak, maar de vraag is natuurlijk wat ervan terecht komt. Kinderen zijn niet georganiseerd, dus kunnen moeilijk de naleving van zo'n miniumumloon afdwingen. Als je er niet bovenop zit, zakt dit soort maatregelen snel weer weg. Niet-gouvernementele organisaties hebben daarin een duidelijke taak.' (M.B.)



LIW IN 'T NIEUWS

Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Kinderarbeid & Onderwijs

HOME Landelijke India Werkgroep

Landelijke India Werkgroep - 1 juli 2003